▲ ® DDD / De Dikke Duim - 2012 ev.
' De prof met de lichtallergie .... en andere verhalen '
al deze verhalen berusten op een groot dikke duimen werk / pure fictie dus ...
de Urbex foto's zijn gemaakt in het " Institut du Genie Civil " en op
de " Faculté du Chimie & Métallurgie " beiden in Wallonie, Bèls
de teksten zijn er later bij geschreven .....
ingénieur chimique Robèrt
de foto's zijn ook in het groot te zien (klik op de gekleurde locaties ▲ )
' De prof met de lichtallergie .... en andere verhalen '
al deze verhalen berusten op een groot dikke duimen werk / pure fictie dus ...
de Urbex foto's zijn gemaakt in het " Institut du Genie Civil " en op
de " Faculté du Chimie & Métallurgie " beiden in Wallonie, Bèls
de teksten zijn er later bij geschreven .....
ingénieur chimique Robèrt
de foto's zijn ook in het groot te zien (klik op de gekleurde locaties ▲ )
|
" de prof met de lichtallergie " in de gangen van de Chimie Analytica, onderdeel van de Faculté du Chimie & Métallurgie, was de kamer gelegen van de prof met de lichtallergie. wij studenten deden altijd als ie in het college theater bezig was de luxaflex omhoog zodat als ie z'n kamer weer op kwam het gevloek niet van de lucht was. "couchons, merde, etc " was natuurlijk ook niet leuk van ons. bij de bul uitreiking was ie toch zo sportief om ons een stevige hand te drukken en ons veel succes te wensen in "zijn" Chimie ! ◄ cam3/7099 " waterloop natuurkundig lab "
hier een plaatje van ons waterloop natuurkundig lab in aanbouw. in het laatste jaar dat ik er studeerde werd dit lab nog gebouwd maar het is nooit afgekomen voor onze verhuizing. we hebben het hierover met Prof Ir. Heinz Chauffontaine nog vaak over gehad. de prof Chaudfontaine een warme persoonlijkheid met veel invloed op de campus zèlfs kon dat niet verhinderen. door zijn afkomst, hij had een Duitse vader, mompelde hij dan begripvol 'scheisse' en 'schweinehunde' en was het helemaal met ons eens dat we het geld dan beter onder de armen in de borinage konden verdelen. hij had tenslotte een jaar eerder nèt de film 'misère au borinage van Joris Ivens gezien die veel indruk op hem gemaakt had en waar hij het veel met ons over had gehad. al met al vonden we, en dat werd vanaf toen een gezegde in de Vlaamse taal, dat er veel water naar zee gedragen werd op die manier ..... ◄ cam3/6808 “ lonely chair “
Eigenlijk wel een typisch beeld. Dit was de praktijk collegezaal van de prof Harry Woodman, een Engelse arsitocratische man maar ook een loner. Hij leek ons wel verlegen maar het was eigenlijk meer een zonderling en een eenzame man. Zijn vrouw had hem verlaten omdat ie steeds zeurde over de chemische rommel die ze op haar gezicht smeerde. Mrs. Woodman mocht er zijn volgens ons, de jongens op de Chimie. Woody zoals z’n bijnaam was had echter ook een Nobelprijs op zak, waardoor hij kon kiezen waar ie wilde werken, elke universiteit die een beetje voorstelde kwam met regelmaat op bezoek op de uni. Het faculteitsbestuur moest dat echter steeds afwimpelen, Woody sprak niet met dat soort kansjespakkers, zoals ie ze noemde. Als iedereen de uni verlaten had en wij als studenten laat in de nacht nog langs de uni naar huis fietsen na het stappen in de café’s langs de Meuse brande het licht nog door de ramen en wisten we dat Woody nog bezig was met de uitwerking van zijn formule voor misschien nog een tweede Nobelprijs of voor chemisch vrije make-up. We hebben het nooit geweten, Woody was een loner. ◄ cam3/7150 " the four bottles "
deze foto genomen net voor ons afscheid in 2006 van ons geliefde lab op de eerste etage rechts naast de trap op de afdeling Chimie Analytica van de Faculté du Chimie & Métallurgie geleid door de profs Janssen (een ollander) en Tilanus geeft de situatie die toen speelde goed duidelijk. de heren profs konden het op zijn zachts gezegd niet helemaal met elkaar vinden. ze waren echter wel gezamelijk verantwoordelijk. Janssen zat als ollander natuurlijk alleen maar naar vermeldingen in de wetenschappelijke bladen te koekeloeren terwijl Tilanus daarentegen zich volledig richtte op het geven van onderwijs en het meegeven aan ons studenten van de ziel van de chimie, omgeacht of dat geld kostte of niet. Tilanus was zo betrokken bij ons studenten dat ie op een gegeven moment, we waren weer eens goed langs de kroegjes (en later langs de ramen van Woody geweest) dat we in het lab nog fors last van hoofdpijn hadden, hij voor ons wel een medicament tegen die hoofdpijn zou brouwen. dat werd de actieve metaboliet van acetanilide (een paracetamol variant) dat later erg toxisch bleek. we waren wel van de hoofdpijn af. voor de zekerheid stopte prof Tilanus het in het witte flesje met de apothekersmarkering. uiteraard kwam Janssen daar achter en was er weer heissa, Nobeldrager prof Harry Woodman (Woody) zorgde ervoor dat het faculteitsbestuur de twee heren schorste. wij hadden geen gratis pijnstillers meer .... ◄ cam3/7131 " gang prof Guillemin "
Dit is de gang die loopt naar de kamer van de prof Guillemin, liefkozend Gielke genoemd. Gielke was het type die zichzelf altijd een beetje wegcijferde voor alles en iedereen, op Janssen & Tilanus na dan. Dat geruzie tussen die twee kon ie maar moeilijk plaatsen. op het bord hier links hingen altijd de uitslagen van de tentamens. Een belangrijk bord natuurlijk voor ons studenten. Er hingen echter nooit niet-geslaagden op de lijsten hier op het bord. Gielke maakte altijd eigen lijsten met alleen de geslaagden en verwisselde die met de orginelen. De mensen die gezakt waren waarschuwde hij dan altijd persoonlijk met een kopke koffie erbij (en een koekske) om het leed te verzachten en mensen moet in te spreken om het weer op te pakken. Iedereen bereikte op die wijze toch altijd de eindstreep en er waren in de ogen van eenieder nooit lozers bij. Op de laatste dag net voor de verhuizing gooide prof Guillemin het glas van het bord kapot omdat het hem op de laatste dag nèt voor de verhuizing niet gelukt was de lijst ‘te kuisen’ er hing toch een lijst op met daarop gezakten. Zijn enige redmiddel was de ruit kapot gooien en de lijsten van het bord af rukken. Op de dag na de verhuizing hing in de nieuwe Faculté du Chimie & Métallurgie een electronisch bord. Degene die verantwoordelijk was geworden voor de uitslagen op dat bord was onze geliefde Gielke. ◄ cam3/6826 " Relation Publique "
dit is het kantoortje van mademoiselle Chacal. ze was hoofd, maar ook de enige medewerkster, van de Relation Publique. wij jongens van de overkant (links op de foto) van chimie kwamen hier toch af en toe bij de Genie jongens die we een beetje plagend de fietensmakers noemden omdat mademoiselle Chacal hier zetelde. en ze mocht er zijn hoor, het was wel een bitch zoals haar naam al voorspelde maar een figuurtje .... er was zo te spreken veel chimie aanwezig als ze met haar hoge stemmetje en korte rokje ons aan het overtuigen was met veel gebaren (vonden we niet erg) dat we toch echt mee moesten doen met onze Faculté du Chimie & Métallurgie aan het voorlichten over de nuttige functies van chemie in de samenleving. in de ogen van de gemiddelde Belg ging het dan alleen over de mooie functie van het 'chemische bier' Stella Artois. maar mademoiselle Chacal kon het puntig formuleren en we waren op een gegeven moment overgehaald. de video band (op het bureau) die aan de BRT was aangeboden en ook nog daadwerkelijk vertoont werd (om 23.55 uur) heeft niet veel Belgen versteld doen staan van Chimie. Stella Artois heeft daarna Jupiler en Palm alleen nog maar zien groeien. Mademoiselle Chacal is daarna bij een cameraman van de BRT ingetrokken, die cameraman en juffrouw Chacal hebben elkaars Chimie ook diepgaander voor de camera op elkaar laten inwerken ◄ cam3/6853 " tekentafel bij de genie boys "
Bij de Genie Civil boys was één vrouwlijke prof namelijk de madamme Carin D’ache. Carin zoals de genie jongens (de fietsenmakers) haar pleegden te noemen was een kleurijke persoonlijkheid. Frivool maar toch oprecht betrokken, zakelijk maar met een fors vleugje flair. Iedereen aan de overkant van ons bij de chimie jongens was jaloers zowel studenten als profs. Ze was een harlelijke collega en een fijne prof om te hebben, ze haalde het beste in je naar boven gaven ze aan de overkant aan. Toch ontstond er op een gegeven moment een probleem; de kleurstelling ….. Carin D’ache werd verantwoordelijk gemaakt voor de kleuren in de nieuwe universiteit. En om goed beslagen ten ijs te komen vond ze dat ze die eerst in de gebouwen van het oude Institut du Genie Civil moest uitproberen. Carin begon met haar eigen kamer, ze was tenslotte ook hoofd van de tekenkamers en starte eerst met ‘Vert Belge’, daarna romaans rood en eindigde met azuurblauw. Nadat de rekeningen binnenstroomde was er een vertouwelijk gesprek met Carin en het faculteitsbestuur en nadien was er alleen nog maar van kleurstelling op haar fraaie gezicht sprake. ◄ cam3/6901 " bie chimie oppe zulder "
Dit is een plekje op de bovenste verdieping bij de Faculté du Chimie & Métallurgie, waar Gielke (de prof Guillemin) vaker een koffje koffie met je ging drinken om je te trootsten. Je hing welliswaar niet op de lijst der gezakten maar daar had Gielke dan ook voor gezorgd, zoals we weten. Zo tegen het eind van ons verblijf in de oude faculteit ging hij met ons vaker onder in zijn spreekkamer met ons genieten van unnen koffieke om ons weer moed in te praten. Later wisten we wel waarom; Gielke had met de vijand geheult zo plachten Janssen & Tilanus dat te benoemen. Gielke (van Chimie) werd steeds vaker bij Carin D’ache van de overkant (van de fietsen makers) gezien. Eerst was er sprake van dat prof Guillemin blijkbaar zich ook met de kleurstelling in de nieuwe Faculté du Chimie & Métallurgie ging bezighouden. Later begrepen we dat Gielke zich meer met de kleurstelling op het fraaie gezicht van Carin D’ache aan het bemoeien was. Als ze ‘vergadert’ hadden hier op de zolder bij ‘Chimie’ had Carin dan ook vaker een andere, verrassender, kleurstelling op haar gezicht en zat haar haar wat frivooler dan voorheen. Gielke zijn kleding zag er altijd al wat verfromfraaid uit …… ◄ cam3/7225 " dao zien ze " Het was net iets voor twee (13.51 om precies te zijn) dat juffrouw Cindy LaRouche van de financiële administratie op de Faculteit der Chemie naar buiten keek. Ze had wat van stemverheffing gehoord en dacht daarbij de stem van Woody gehoord te hebben. Tot haar verbazing meende ze Woody (van Genie Civil) en Gielke van 'Chimie' voorover gebogen met zijn tweeen in de kofferbak van de Peugot van prof Guillemin te zien. Een vreemd tafereel om zo te zien vanaf etage quatre, zeker daar Gielke zijn kleren er nu wel heel erg verfromfraaid uit zagen, en juffrouw Carin D'ache toch vakantie had. De beide profs zouden toch niet tentamens illegaal in de Peugot vervoeren naar de nieuwe Uni toch .....? ◄ cam3/7238 " Café noir "
Juffrouw Cindy had genoeg gezien en ging redelijk geprikkeld naar de kamer van Gielke. Die was daar net met Woody in debat. Toen mademoiselle LaRouche binnenkwam riep Gielke hardop maar ook zuchtend ‘merde’ tussen zijn tanden door en Woody werd gelijk dieprood in zijn gezicht. Enigszins verbaasd zag ze een aantal zakken gebrande koffie staan (van die jutte zakken) net de naam Maxieme Avelaar erop. Later thuis kon ze met veel plezier vertellen dat Woody en Gielke vanuit de Borinage koffie lieten komen (dan verdiende ze daar ook nog een franc) om de gratis koffie aan de gezakten te kunnen weggeven. Woody en Gielke hadden een verbond gesloten over de twee faculteiten heen. Op de foto is het kopje café noir nog te zien dat Cindy kreeg om haar zwijgen af te kopen. Maar dat was helemaal niet nodig, ze was er uiterst content mee….. ◄ cam3/7164 " waterloop & jacht Magu "
Prof Ir. Heinz Chauffontaine die we nog kennen uit de eerste foto van het waterloop natuurkundige lab, die warme persoonlijkheid van Duitsche afkomst (huh ;-) , had echter ook de aspiraties om na zijn leven op de campus een wereldreis te maken over de grote zeeën en oceanen der aarde. Hij was tenslotte bij uitstek degene die iets wist over waterloop, getijden, hoog water en hoge nood (hij had toevallig ook een wat zwakkere blaas) Het toeval wil dat onze Chauffontaine als expert deskundige in aanraking was gekomen met Gaston Timmerman die een grote werf had in het Vlaamsche Oostende om daar zijn kennis te delen mbt het oprichten van grote electrische scheepsliften, toen nog een zeldzaamheid in Royaume Belgique (de meesten waren door grote stoommachines nog aangedreven). Nu wil het toeval dat juffrouw Cindy LaRouche in haar jonge jaren nog in Oostende gewerkt heeft op financiën op de werf van Gaston. De ‘zaken’ die ervoor moesten zorgen dat de vergunning voor de scheepsliften rond kwam werd door mademoiselle LaRouche eigenhandig afgehandeld in het jacht ‘de Magu’ dat in de haven van Oostende voor anker lag. Prof Ir. Heinz Chauffontaine heeft vele jaren later een jacht gekocht en is door Cindy LaRouche op de naam ’ Magu ‘ gekomen. Magu komt uit het Germaans (Heinz was tenslotte een Germaan) en duidt op jeugd, jongere, etc een verwijzing naar de plek waar Cindy haar jeugd doorgebracht (en verloren ?) heeft en een knipoog naar de vele jongeren op het Institut du Genie Civil. Wij vroegen ons af waarom op een gegeven moment een bootje genaamd Magu mee genomen moest worden in onze berekeningen, we waren tenslotte een waterloop natuurkundig lab en hadden geen nautische ervaring …. We durfden dat niet te vragen maar bespraken dat alleen onder elkaar als Chauffontaine weer eens toileteren moest. “ Het water moet zijn loop hebben “ kondigde Heinz dan altijd aan …... ◄ cam3/6862 " Lab in de fles (met Kaliumpermanganaat) "
Vreemd heel vreemd. Als eerste jaars student in de ‘scheikunde’ zoals julie ollanders plegen te zeggen is alles zo’n beetje wat je prof zegt de waarheid en niets dan de waarheid zo helpe ons Boudewijn himself (die kon dat toen nog). Als je echter zoals wij al wat jaartjes op kot woont, langzaam maar zeker de faculteitsjaren doorloopt en al heel wat koffiekes met Gielke had gedronken kwam ook het eigen denkproces wat op gang. (niet teveel we moesten s’avonds ook nog naar de cafékes langs de Meuse natuurlijk.) Ons groepke was al vaker alleen in’t lab bezig en opeens zagen we dees fles staan. Een fles met het etiket “ K Mn O4 “ erop geplakt met een, vergeeld al, doorzichtig plakstrippeke. “ Kaliumpermanganaat ”. Het vreemde daaraan was en zoek maar op google op dat is een, zei het wat primitief, hulpmiddel bij de geboorte regeling. Wij wisten niet beter of de heren professoren waren al jaren steriel dwz op sterven na dood, zo suf als een pier, alleen maar in de chimie geinterresseerd, achter Nobel- prijzen en vermeldingen in Nature aan geilend etc. Dat mogelijk één van die oude sokken nog een jong bladschje geplukt had, was niet in ons op kunnen komen als we deze fles niet hadden zien staan. We kregen weer wat meer ontzag voor onze profkes ……. ◄ Cam3/7223 | ® DDD / De Dikke Duim " Bureau du Faculté "
Eigenlijk valt er hierover niet veel te vertellen. De foto vertelt zichzelf. Hier was het faculteitsbestuur gezeteld. Het petieterige bureau is daar exemplarisch voor evenals de fors afgebladerde muren. Nu zouden we dat minimalisme noemen alleen zou de staat waarin het verkeerde dan natuurlijk heel anders moeten zijn. We weten al dat er ook op de Faculté Chimie & Metallurgie en bij het Institut du Genie Civil een verdwaalde Germaan, Engelsman of Vlaming als professor aangetrokken was (of er soms niet meer weg te branden in de ogen van collega’s e/o ons studenten). Maar er was ook nog de Rector Magnificus. een kleine ietwat gezette man, die uit het chemische veld kwam en van origine een Japanner was. Hij luisterde naar de naam Lee Boe en nog wat, dat hebben wij nooit geweten. Op Harry Woodman (houten Harry) na was dat de enige nog, op de hele université, die een Nobelprijs had (en ook in de chemie dus). Rector Lee was echter een irritant manneke, hij zetelde natuurlijk niet hier bij het Faculteits Bureau du Chimie & Metallurgie maar was er wel erg vaak te vinden. Iets van chemie met het vakgebied van waaruit hij doorgestoomt was, dachten wij. Lee Boe was geen bouwer, geen verbinder van stromingen, hij was meer een op de frankskes passende accountant. Later hebben we geleerd in de krediet crisis, en zo’n zelfde accountant was Lee, dat een handtekening de uitgaven bij de stelposten dekten maar het risico was volstrekt onduidelijk. Zo bleek na de verhuizing dat de universiteit van Reykjavik eigendom geworden was van, niet onze universiteit, maar van de ‘ Faculté Chimie & ‘. Op zijn zachts gezegd een vreemde belegging. De faculté bladderde als het ware af ….. ◄ cam3/7156 " der wirrekplaatsj "
Dit is voor ons studenten op het Institut du Genie Civil de belangrijkste ruimte op de hele faculteit, ja zelfs op de hele universiteit. In deze vertrekken zwaaide de prof Frenske Rombouts de scepter. Dat scepter zwaaien is natuurlijk figuurlijk bedoelt maar zelfs figuurlijk deed hij dat niet. Frenske van Civil was de evenknie van Gielke bij de jongens van chemische faculteit. Het was er kortom een gezellige boel. Frenske Rombouts was uit het geslacht van de Romboutsen uit Antwerpen (Anvers hier natuurlijk). In 1896 richten zijn vader Frans Rombouts daar de bekende koffie fabrieken op. Nadat Frenske echter gestudeerd had en het meeste in de branderijen op Genie Civil achtige wijze up to date had gebracht wilde Frenske meer. Dat mocht ook van vader Frans die vond dat iedereen zijn ding mocht doen. Frenske kwam als Antwerpenaar naar ons Franstalig Institut en ging zich bezig houden met studies naar het verbeteren van bier produktie methoden en machinerieen (met chemie had ie helemaal niks) in opdracht van “ Le Société & Federation du Bierre Belge “ (een soort van Guilde de métier). Op de rekken op de foto zijn alleen de smeeroliën te zien, (en waren nu, vele jaren na de sluiting in 2006 ook nog voor ons oud studenten te ruiken) die de machines der bierfabrikanten op rolletjes (en Toxic vrij) moesten laten lopen. De vaatjes bier die hier ook gelagerd waren zijn niet meer op de foto traceerbaar … ◄ cam3/6784 " de brandblusser "
Hier was geen enkele prof bij betrokken. Slechts een klein handgemeen van de jongens van Cimie met de studenten van de overkant de fietsenmakerkes zoals wij de mensen van het Institut du Genie Civil steeds plagend noemden. Met de bandblusser werden de ruiten van onze fraaie hal van Chimie & Mettalurgie ingegooid. Ze hebben het geweten in hun bier s´avonds was geen smaakje te bekennen. De dag erna konden de jongens van Genie Civil niet meer op stap, ze hadden allemaal plotsklaps diaree gekregen. Hoezo had Chimie geen maatschappelijke betekenis Mademoiselle Chacal wist niet waar ze het over had …. ◄ cam3/7089 " white buckets "
Ja, de witte emmertjes. Op de hele uni dus niet alleen op het Institut du Genie Civil wisten we als studenten van de witte emmertjes, de wildste geruchten deden de ronde. Onder wie dit technisch lab eigenlijk viel wist niemand, sommigen beweerden vrij stellig dat dit hoorde bij het domijn van Frenske Rombouts, anderen wisten weer 100% zeker van niet. Feit is dat wij er als studenten nooit een prof of assistent laborant gesignaleerd hebben. Er leken hier duistere zaakjes te lopen, en een crimineel gaat ge nie onder zijnen voeten spelen, zeggen we hier in Royaume de Belgique. Op de laatste dag dat we hier rondliepen als studenten, samen met Cindy LaRouce en de jonge heer Riche hebben we zelfs nog twee crimineel ogende broers gezien, met hun neefjes dachten wij, die echter geen woord Frans spraken. Ze waren er foto’s aan het maken met camera’s die wij nog nooit gezien hadden, het woord Leica leken we nog nèt op te kunnen maken, voordat we de ruimte verlieten. Het leken ons oostblok figuren met hun vierkante kinnen …. ◄ cam3/6760 “ l'esprit malin du Genie Civil “
Dit is wel de meest vreemde plek op het hele Institut du Genie Civil. Hier op de tweede etàge hadden we geen Prof Guillemin (Gielke) zoals ze bij de Chimie jongens wel hadden. Op een gegeven moment het was in de donkere dagen voor de kerst vakantie in 1991, toch al zo’n vreemd jaar, hadden wel erg veel studenten een dikke onvoldoende voor le deuxième trimestre. Één van de ‘fietsenmakers’ was het teveel en die wilde zich door het raam naar onder storten, recht bovenop het rozenperk van de rector magnificus Lee. Die had dat hier in de ‘tuin’ bij Genie Civil aangeplant omdat hij het niet vertrouwde om dat rozenperk bij de faculté Chimie te planten. Stel je voor dat ze zo nu en dan wat zuur of loog uit het raam kieperden. De student, een dikke dertiger, (in Bèls was nog geen langstudeer-boete) had echter niet op de stevige raam constructie gerekend. Hij raakte slechts licht gewond en heeft de feestdagen in l’Hospital doorgebracht bij de meiskes met de doorschijnende witte kleedsjes. Zijn bloed heeft men er echter pas na de kerstvakantie af willen halen, maar dat is nooit gelukt. Men spreekt nu van de geest op Genie …. ◄ cam3/7662 “ le cours des choses “
Zoals in de laatste aflevering te lezen was was de rector magnificus Lee Boe nogal angstig over zijn rozenperkje en naar later bleek niet voor niets. Hier is goed het open raam te zien dat wel vaker s’morgens bleek open te staan op corridor Nord. Recotor Lee was beducht voor de overblijfselen van de chemie proefjes en had daarom hier bij Genie Civil zijn perkje geplaatst. Steeds vaker echter zag hij tot zijn ontsteltenis hele stenen uit het waterloop natuurkundig lab terug naast de schijnheggenroos, de Rosa Virginiana en de Rosa Gallica. De spotnaam van de middelste zal niet moeilijk te raden zijn. Iedereen wist dat Lee zijn bloemenmeisjes dan weer aan het verzorgen was als dit raam open stond en iedereen fluisterde dan ‘le cours des choses’ …… ◄ cam3/7554 “ the chair & orange wall “
Een vrij eenvoudige plaat bij Genie Civil dees keer. Zeg maar het centraal zenuwcentrum van Frenske Rombouts van ‘der wirrekplaatsj’. Ook hier eigenlijk altijd rust, alleen wel eens fors doorbroken door de bulderlach van Frenske als één van de fietsenmakerkes hem een nieuwe mop vertelde. Één van die uitzonderingen was hier net aan de orde geweest. Frenske bulderde weer eens over een mop over ‘unnen ollander die’ toen hij half half achterover op zijn stoel zittend, achterover kuukelde en zijn eigen landkaart van het Royaume Belgique met zijn rechterarm met daaraan zijn kolenschoppen van handen kapot trok. Toen was Frenske Rombouts effkes kwaad en niet zo’n beetje. Wij hadden het gevoel dat het te maken had met de markeringen van locaties op de kaart waar hij al nieuwe fabrieken mee had helpen opstarten. Anderen (met name ook via geruchten van de Chemie jongens aan de overkant) wisten met stelligheid te vertellen dat de markeringen te maken hadden met plaatsen waar ie in zijn extravagante leven een liefke had gehad. Hij kwam ten slotte uit Antwerpen waar het gezegde ‘in elke haven een liefke’ algemeen bekend was. Frenske was dan wel geen schipper maar een dok binnenlopen was hem wel toevertrouwd. De meskes zagen hem meestal ook wel zitten …. ◄ cam3/6775 “ rode ronde archief “
Op de bovenste etage in het Institut du Genie Civil was het secretariaat gevestigd. En die hadden, ‘scheisse’ zei prof Ir. Heinz Chauffontaine dan, ook nog eens de mooiste kamer van het hele instituut, misschien zelfs wel van de hele Université. Dubbele openslaande deuren en een dakterras om een feestje waar je U tegen zegt, te kunnen organiseren. Nèt deze kamer werd bemand door de mademoisellen Jacqueline en Therèse. Twee uiterst fraai gebruinde dames met een goed figuur en dito respect op het Institut. Die openslaande deuren zullen wel meegewerkt hebben aan het aantal zonuurtjes dat de dames minstens gehad moesten hebben ieder jaar. Jaqueline en Therèse opereerden zo als team dat er wel eens studenten waren die de dames door elkaar haalden. Dat wisten de dames ook en dat vergrote alleen nog maar hun reputatie in de collegezalen en werkplaatsen in de onderliggende etagès. Menig student en proffessor kwam als ze op het secretariaat moesten zijn nog effkes een propke weggooien in het rode ronde archief. Ikzelf heb één van de mademoisellen nooit in de zon zien zitten. Het schijnt dat het uitzicht op de heuvels dan overweldigend was …… ◄ cam3/7704 “ L5 54 “
L5 54 staat er nu op het flesje gecorrigeerd geschreven op het flesje. Je kan nog net zien dat er “ L5 B4 “ op stond, en kijk zelf maar na op google, daar staat een verwijzijng naar wat de inhoud van deze fles is geweest. Je vind dan “ Sugar tree “. Bij de Faculté Chimie & Méttalurgie werd ook, maar niet via een erkend en officieël wetenschappelijk onderzoek, research gedaan naar wat we tegenwoordig syntetische drugs noemen. Sugar tree was de codenaam voor dat onderzoek. Wie er allemaal betrokken was, is nooit opgeklaard. Omdat de naam “ sugar tree ” rond gonsde op de faculté was op een bepaald moment op elk etiket de B in een 5 veranderd. De link met google en sugar tree was verbroken, om het met andere woorden in chemische termen te formuleren; de polymeer was zijn verbindende schakel kwijt geraakt. Dat jaar waren er opvallend veel einde jaars studenten van chemie met een “ two seater “ hun bul komen afhalen .... ◄ cam3/6945 “ kraansje op dn drum “
Hier in het home van de prof Frenske Rombouts zagen wij als studenten op de drums met smeerolie (smerige olie mochten we het niet noemen van hem) op een gegeven moment kraantjes liggen van RVS. Een technisch hoogstandje en dus ook door Rombouts ontworpen en op het Institut en in een aantal bierbedrijven getest. Maar waarom die daar rond ‘slingerden’ was ons een raadsel. Rombouts had via “ Le Société & Federation du Bierre Belge “ waar hij “ iets “ van was, geregeld dat we met een bus studenten in oktober naar de bierfeesten in München mochten. Waarom Jacqueline en Therèse van het secretariaat in de plaats van Chacal van de PR mee moesten van Rombouts was ons een raadsel. Misschien omdat mademoiselle Chacal de banden met de Brt toen al flink aangehaald had en Frenske niks moest hebben van ‘buitenlandse’ inmenging zoals hij dat pleegde te noemen. Het uitzicht in München was dat jaar echter grandioos …. ◄ cam3/7761 “ de zuurkast “
Natuurlijk (een raar woord in dit verband) zijn we hier op de Faculté Chimie & Mètallurgie. De zuurkast hier in beeld werd veel veelvuldig gebruikt door de laatste jaars studenten. Allen wilden chemische stofjes uitproberen die zeg maar ‘een licht emotie beinvloedende werking’ hadden. Soms leek de vergelijking met de Colombiaanse drugsmafia wel erg aan de orde; niet zozeer in de grootte van het geweld of het succes van de produktie maar van het door elkaar schreeuwen van studenten die ‘de kast nú nodig hadden’; zonder afzuiging van de toxische bestanddelen was het niet om te harden. Wat ze daar in de Colombiaanse jungle deden moesten ze daar maar zelf weten. Geen van allen had, althans wat wij wisten, doorslaand succes. Degene die het verst gekomen was had een goedje gebrouwd dat absoluut stabiel en relatief weinig toxisch was. Jammer alleen dat de werking twee expresso’s na elkaar genieten benaderde (C’est tout). Geen doorslaand succes, zei men op de afdeling zuur ….. ◄ cam3/6954 “ tredmolen “
Hier zie je een trappeke die niet erg bekend was bij de meesten ‘op Genie’. Feitelijk bestond het gebouw van Genie Civil uit twee gebouwen naast elkaar. Een uit verschillende etage’s bestaand formeel aandoend hoofdgebouw in een groot Carre met één schuine kant waar de pompeuze ingang zijn plek had. En een meer rechthoekig blok met de meer werkplaatsachtige ruimtes zoals bijvoorbeeld de twee etage’s waarin het waterloop natuurkundig lab was gevestigd. In de scheiding/overgang van de twee gebouwen was een kleine ruimte ingericht waar apparatuur, zoals waterzuivering van het waterlab, etc, aanwezig was. Deze trap echter ook. Prof Ir. Heinz Chauffontaine noemde deze trappen ‘die Tretmühle’, hij was tenslotte Deutscher van oorsprong. Dat gebruikte hij vooral als ie weer in een wat donkere bui was. Nadat hij onder de indruk van juffrouw Cindy LaRouche was gekomen, sommige beweren dat dat letterlijk gebeurd is toen hij juffrouw Cindy netjes voor liet gaan op op de trap hier, kwamen die donkere depressieve dagen minder frequent voor. Achteraf gezien was het natuurlijk niet zo netjes om haar voor te laten gaan maar het had wel een fantastische blik omhoog gegeven aan Heinz. Sommigen van ons hebben Juffrouw Cindy nog wel eens vaker horen giegelen op de trappen hier. Wij bleven die trappen toch maar de wentelteef noemen …. ◄ cam3/7608 “ Tekenzaal bij Genie Civil “
Vanuit een eerder communicé redenerend ga ik ervan uit dat jullie nog weten dat madamme Carin D’ache (die van de kleurtjes op de wanden) de enige vrouwlijke prof was op het Institut du Genie Civil. Zoals gezegd ze was een kleurrijke persoonlijkheid. Frivool maar toch oprecht betrokken, zakelijk maar met een fors vleugje flair. Het schijnt dat ze in deze ‘Grande Salle de Dessin’ haar ideeën voor haar kleurstellingen gekregen heeft. Nadat ze eerst met ‘Vert Belge’ begonnen was, later is deze kleur overal en vooral in Belgique opgedoken, is ze op romaans rood gekomen. Ze eindigde met azuurblauw. Na het rekeningen incident was ze meer dan ooit hier te vinden. Ze genoot van de kleuren en het licht in de tekenzaal maar ook van het licht dat de bergen en bossen van het fraaie Waalse landschap in de verten deed kleuren. Soms konden we als studenten, als we effkes opkeken van ons tekenwerk, genieten van Madamme Carin die in het tegenlicht voor de grote ramen stond te dromen van licht, lucht en kleur. Wij genoten meer van vorm en verhoudingen …. ◄ cam3/7635 “ chemie op het eerste “
Dit is een overzicht op ut eerste bij de chemie boys. Als je als eerstejaars student hier begon kreeg je steeds een proefje te doen om zelf limonade te maken. Om dat vervolgens later dat jaar over te doen maar dan met bubbels erin. Limonade gazeuse zelf fabriceren dus. In Belgique, maar ze exporteerden ook naar de buren in het Noorden, was vooral Exota de bekendste gazeuse. Later heeft de Vara in haar eerste consumenten programma nog fors de waarheid geweld aangedaan om te beweren dat Exota gevaarlijk was. Nee; Marcel van Dam was gevaarlijk, het filmpje van een exploderende fles bleek te berusten op een in scène gezet beeld door er met een kogel op te schieten. (zoek maar op Exota in Wikipedia) Gazeuse was eigenlijk al oud. Het water met kooldioxide (ook wel koolzuurgas), maar vooral met dubbelkoolzure soda (natriumbicarbonaat) was al in 1767 uitgevonden door Joseph Priestley uit Engeland. Priestley geloofde sterk in een vrije en open uitwisseling van ideeën. Als wij als studenten s’avonds weer afzakten naar de vele terrasjes in de stad breiden wij dat vaak nog uit met een vrije en open uitwisseling van onze gevoelens voor de ‘schoon metskes in de korte rokskes’ Die chemische reacties die bij verliefdheid opborrelden waren interessant genoeg om diepgravend onderzocht te worden. Zeker met een ‘Juupke’ erbij in de hand ◄ cam3/6957 “ Chimie Analytica “
De Chimie Analytica als discipline stamt pas uit het einde van de 19e eeuw. De wetten van de verdunde oplossingen (Van ’t Hoff) en de theorie van de elektrolytische dissociatie (Arrhenius) stelde Wilhelm Ostwald uit Leipzig in staat zijn klassieke boek ‘die grundlagen der Analytische Chemie, elementar dargestellt’ te schrijven. Dat boek moesten we ook nog lezen ook, tenslotte was Deutsch één van de officiële talen in ons Royaume Belgique. De prof met de lichtallergie, zijn naam ontschiet me nu weer, kon het boek gelukkig echter in enkele zinnen voor ons samenvatten. ‘Een bepaalde chemisch samengestelde stof is nooit een gif, het ligt slechts aan de mate van verdunning’ Die opmerkelijk eenvoudige,maar in de grond zeer goed doordachte zienswijze hebben we vaker gebruikt als we een ‘zwaantje’ op zijn motor moesten overtuigen van het feit dat we niet teveel alcohol gedronken hadden; het was slechts de mate van verdunning die ons parten speelden. (NB;; een zwaantje is in België een aanduiding voor een motoragent) ◄ cam3/6936 (&37) “ greun oppe wc “
Hier zien we weer de aparte Belgisch groene kleur opduiken. De reden van het laten zien van deze plaat is een aparte. Naast het feit dat wij als studenten na het stappen in de morgen de proffeseurs nog wel eens moesten teleurstellen met onze afwezigheid in intelligente zin, werd ook het toilet nog wel eens als thuisbasis gebruikt als we zelf zo groen zagen als de tegels hier. Nog vreemder was het gegeven dat in België pas heel laat het besef groeide dat er ook wel eens vrouwelijke studenten de Faculté Chimie & Métallurgie zouden kunnen gaan bezoeken. Merde, zal men wel gedacht hebben na het verschijnen van de eerste mademoisellekes; er waren namelijk geen gescheiden Hommes & Femmes toiletgroepen. In België was alleen sprake van een taalscheiding; C’est tout. Van enige vorm van ongeregeldheden is nooit sprake geweest. Natuurlijk wel van onregelmatigheden in lichamelijke zin bij de dames; maar die deden dat kort af als bio-chemische reacties die verre van bijzonder waren. De zaak was daarmee afgedaan. De dames zorgden er door hun aanwezigheid wel voor dat de handsjes van de heren gekuist werden na het toiletbezoek. Kater of niet … ◄ cam3/6796 “ Extra plaatskes “
Hier een plaat van het grote Auditorium. Wij bij Genie Civil noemden het de feestzaal. Niet omdat hier wel eens feestjes werden gegeven maar de hoorcolleges die door de prof (broeder) Sigismund Tagage werden gegeven waren een feestje om mee te maken. ‘Sigi’ was een begenadigd spreker. Van oorsprong was hij wetenschapper en wel vanuit de geschiedkundige hoek der wetenschappen. Befaamd waren zijn werken die in boekvorm het licht zagen en bijvoorbeeld ook een maquette die hij in de jaren 50 maakte van ‘Maestricht’ in de periode van de Franse Revolutie. Bij Genie Civil hadden ze deze broeder (later nog priester) ingehuurd om ons studenten de plaats en evolutie van techniek vanaf de vroege middeleeuwen tot de huidige tijd waarin we leefden te duiden. Na het kroegbezoek de vorige avond was meestal de huidige tijd moeilijk genoeg. Als Sigi echter begon te vertellen, eerst nog kenmerkend zijn broek optrekkend, werd het fluisterstil in de zaal. Iedereen hing aan zijn lippen op zo’n moment. Het waren feestjes als hij eenmaal op dreef was. De rector magnificus heeft nooit begrepen dat dit de enige ruimte op de hele universiteit was waar stoelen bij geplaatst moesten worden …. ◄ cam3/7680 “ bureau vert “
Eerst even een verontschuldiging; deze foto heb ik niet netjes rechtgezet. De reden is voor menig student, zeker de vrouwelijke, als bezoek(st)er van deze ruimte echter compleet duidelijk. Dit is de kamer van prof Robert de Buisonjé, een broer van de bekende paleontoloog (Jean-) Paul de Buisonjé (die het prehistorische geslacht Santanadactylus voor het eerst benoemde). Robert was echter van een wat lager wetenschappelijk niveau dan zijn broer Paul. De Buisonjé was een schuinsmarcheerder. Zijn kleren zagen er altijd verfrommelt uit, zijn bureau stond altijd scheef, en vaker moest hij hier ook overnachten omdat ie door zijn vrouw voor een weekje weer eens niet erin gelaten werd, omdat ie wederom ‘een groen bladschje geplukt’ had. Het bureau staat toch pontificaal hier op de plaat omdat het veelvuldig gebruikt is. Niet in wetenschappelijke zin, wèl om het vervolg in de studie, op een alternatieve wijze weliswaar, voort te kunnen zetten. De inhoud van de papierkes, omhulselkes, op het bureau diende om ervoor te zorgen dat er geen kleine Buisonjékes zouden komen. De wetenschap had hier weinig verloren en nakomelingen zouden niet een echt een bijdrage voor de wetenschap zijn, is de stellige verwachting. Afwachten tot er weer ‘frisse jonge groene bladschjes’ waren was misschien wel Roberts sterkste kwaliteit …. ◄ cam/7100 “ Champagne glass “
In dit technisch lab van het Instituut du Genie Civil speelden zoals gezegd (bij de foto van de “White Buckets”) duistere zaakjes. Aan de andere kant was dit soms ook de fraaiste ruimte qua licht. Als je s’morgens op je mobilette gearriveerd was nadat je op de vele rotondes de gevechten met de grande voitures gewonnen had en je de eerste trekken aan de sigaret al gulzig geïnhaleerd had kwam je vaker binnen in een zee van licht. Er kwamen warempel gewoon belletjes van geluk in je hoofd op. Toch eens aan de jongens van ‘Chimie’ vragen hoe dat kan … Één van de studenten chemie, Daniëlle Trachsel (uit het Duitsche kanton), heeft daar zelfs ooit nog een boek over geschreven. De naam van het boek was weinig verheffend maar wel treffend “Psychedelische Chemie” en is nu nog via ‘Amazon.de’ te verkrijgen echter zonder ‘sondereinband’ (kaft) nog maar. Die belletjes waren hier af en toe ook wel te zien, maar dan minder psychedelisch Op een morgen kwamen we weer inhalerend binnengelopen en zagen toen letterlijk en figuurlijk het licht. Nog wel 12 flessen van een goede Champagne soort stonden in het midden van de ruimte opgesteld. We zijn die dag niet verder naar onze colleges gegaan. Het glas als stille getuige hier nog in de meetkast. De gevechten in het drukke verkeer zouden we niet gewonnen hebben die dag. De mobilette’s hebben we dan ook maar laten staan …. ◄ cam3/7722 “ the college labs “ Hier een overzichtje van de college labs. Hier werden klassikaal en vooral door de eerste jaars dan onderzoekjes en proeven gedaan. De assistenten van de heren profs deden dan precies voor hoe en wat. Eigenlijk de voorloper van YouTube, je kreeg te zien wat je moest doen en dat in groepjes van twee. Tubes werden natuurlijk ook gebruikt maar de Erlenmeyers (door Emil uitgevonden) nog meer. De heren assistenten waren echter echte bullebakken, ze hadden tenslotte ook ‘ir’ voor hun naam staan, maar hebben het nooit tot prof mogen schoppen. Dat moesten wij ontgelden. Het ging ons hier soms dun door de broek ….. ◄ cam3/7102 “ Werkplaats met de klapdeuren “
Dit was zo’n beetje het minst universitaire deel van de hele universiteit op de toiletgroepen na dan. Op de toiletten werd soms nog wel eens een belangrijk punt gemaakt. Hier in de werkplaats met de klapdeuren was het nog meer down to earth. Het rook hier vooral naar motorolie en smeermiddelen. Iedereen met een voiture van de één of andere rijke student tot aan de rector magnificus aan toe liet zijn of haar voertuig hier regelmatig onderhouden. Rekeningen zijn nooit overlegd. Wel viel op dat de heren monteurs, waren het studenten, tutoren of was er zèlfs ook een prof bij betrokken, altijd ruim de tijd namen voor hun reparaties. In de middagpauze (altijd erg lang in Belgique) werd dan steevast een controlerondje gemaakt in die zeldzame Porsche of in bijvoorbeeld de fraaie zwarte Mustang van mademoiselle Chacal. Die prachtige en voor dat doel ook opgepoetste wagens trokken altijd veel bekijks in de stad als ze naast een terras geparkeerd stonden. De heren met de blauwe stofjassen hadden toevallig nèt dan hun lunch. Misschien wel de enige Universiteit waar de blue color workers belangrijker waren dan de white color employé’s …. ◄ cam3/6752 “ motor schakelaarkes “
In Royaume Belgique heeft men nogal wat uitvindingen gedaan en zijn er toch wel erg mooie grote technische kunstwerken opgericht. Om met het eerste te beginnen, qua uitvindingen heeft Bèls beslist haar sporen verdient. Asfalt, Bakeliet, kopkleppen (door Etienne Lenoir), Motillium (tegen buikpijn), de oerknaltheorie (Georges Lemaitre), het Solvayproces door Solvay natuurlijk en bovenal de Praline. Qua kunstwerken zijn echt top voorbeelden ‘het hellend vlak van Ronquières’ en ‘de scheepslift van Stépy-Thieu’ (zeer beslist het bezoeken meer dan waard) Leuk allemaal om te weten maar vooral om te snappen wat op de foto te zien is en wat er voordien gebeurd is. Reintegratie in een andere functie door ziekte of ongeluk is tevens een Belgische uitvinding. Een monteur die met veel inzet werkzaam was bij de scheepslift in Ronquières kreeg een grote Duitsche sleutel (de Engels sleutel werd pas na WOII geïntroduceerd) op zijn hoofd. Dat ging toen niet goed, de veiligheidshelm werd pas later uitgevonden. Men heeft hem laten reïntegreren op het Institut du Genie Civil. Maar omdat hij niet meer alles kon overzien heeft men hem alles in kleine stapjes laten doen. Zie hier het resultaat …. ◄ cam/7719 ” houten kiskes “
We zijn hier weer bij Genie Civil (de fietsenmakers) en bij een stapel kistjes. Een van de profs, de door zijn vader uit Deutschland afkomstige, Ir. Heinz Chauffontaine had een ware handelsroute uitgezet. En nu eens niet om zijn eigen zakken te vullen maar om de mensen uit de Borinage uit de misère (Jorens Ivens) te helpen. Er werd steenkool gekocht (het meeste geld ging natuurlijk niet naar de mijnwerkers maar toch) en al het hout wat er ook maar op de gehele Université te vinden was werd door Heinz persoonlijk naar de Borinage gebracht, zodat de mensen s’winters tenminste nog wat te stoken hadden. Zelfs nu zorgt de armoede in de Borinage nog voor de èchte tweedeling in Belgique, die tussen (absurd) arm en rijk. (zie bv het bijgevoegde filmpje op YouTube uit 2011). ► FILMPJE ◄ Heinz was zoveel met die houttransporten bezig dat bij sommigen de verwarring toesloeg en ze hem met ‘Woody’ (prof Harry Woodman) van Chimie verwisselden. ‘Macht mir kein scheisse aus’, sisssste ie dan …… als het hout er maar kwam ….. ◄ cam3/7740 “ keske aon de moer “
Ernesto illy (zoon van de oprichter van het befaamde espresso concern) studeerde ook hier bij ons op de Faculté Chimie & Métallurgie. Steevast zeurde die over de kwaliteit van de koffie bij ons op de faculteit. Het probleem was natuurlijk dat Rombouts bij Genie Civil de oorzaak was dat er “Rombouts” op de hele uni gedronken werd. Overigens had de prof ‘Frenske’ zelf daar niks mee van doen gehad. Hij dronk altijd wat sterkers …. Ernesto, als echte Italiaan hoewel je dat niet hoorde aan zijn perfecte beheersing van de Franse taal, weigerde echter ‘dat’ te drinken …. Hij had met één van de profs geregeld dat ie over een eigen keske kon beschikken om zijn waardevolle Arabia’s te kunnen stallen. Het ‘zonnige karakter’ van Ernesto is hier ook in de kleuren van de wand terug te herkennen. Het bewaren gebeurde hier in dit keske bij Chimie op de 2e etààg …. ◄ cam3/7023 “ la machine de café “
….. Ernesto had natuurlijk ook een koffiezet apparaat nodig. In de tijd dat ie hier bij ons op Chimie studeerde hadden de mademoiselles de café (koffiedames zeggen jullie in Holland) een relatief grote inbreng in de regels op de faculté. Zij, en alleen zij, bepaalden wat er gedronken werd en in welke verdunning, één van hen had ook een klein jaartje op chimie nog gestudeerd, dus over waar toxisch begon en waar het ophield maakte je hun niets wijs. Die Ernesto kon wat hen betreft dreigen met Mussolini wat ie wilde; dat ‘illy’ kwam er niet in. De dames wisten overigens van Rombouts Borinage route, dat zal ook een rol gespeeld hebben. Ernesto gebruikte daarom maar de op de foto te bekijken opstelling uit het lab zèlf. Degene die wel eens een caféke met hem dronk (prof Guillemins bijvoorbeeld met zijn ‘gezakte’ studenten) hadden het altijd over een scherpe en stevige afdronk …. ◄ cam3/7216 “ Auditorium “
ja, hier werden de feestjes gegeven door ‘Sigi’. Het grote Auditorium. Het was er dus vaak druk. Sigi kon vertellen hoor, hij moest ons de geschiedenis van de Chimie vanuit de middeleeuwen tot in de tegenwoordige tijd bijbrengen. Hij had het eigenlijk uitsluitend over Leonardo DaVinci die hij en wij later ook erg bewonderden. Op een bepaalde dag in 1994 was Sigi helemaal geschokt. Bill Gates, zo’n computerjongen, had de codex Leicester gekocht voor 30,8 miljoen dollar; een schande aldus onze prof Sigismund Tagage. Die dag is het niet meer leuk geweest in de zaal. Sigi liet zich van alles ontvallen over de huidige techniek en de invloed van geld op de wetenschap. Nu jaren later vieren alleen de duiven hier nog feest, en laten ze zich ook van alles ontvallen …. ◄ cam3/7689 “ Gengske bie Sjengske “
Hier in het gangetje was eigenlijk het centrale knooppunt in de bewegingsstroom van studenten bij het wisselen van locatie. Sommigen moesten naar het waterloop-natuurkundig lab, anderen weer naar de werkplaats of naar één van de vele collegezalen. Net omdat het zo’n knooppunt was maar ook erg eng, liep het verkeer hier vaker vertraging op. Links op de foto zie je nog net de deur naar de trappen. De rector magnificus, Lee Boe, was nèt terug van zijn geboorteland Japan toen hij hoorde van de verkeerschaos bij genie. Bij genie nog wel, dacht ie als chemicus van oorsprong. Al snel kwam hij met de oplossing, dacht ie. Er werd iemand aangesteld, een werkloze uit de Borinage had Rombouts weten te regelen, die het verkeer zou regelen. Het idee kwam natuurlijk van de mensen die in Japan passagiers de trein in duwden om meer mensen tegelijkertijd te kunnen verwerken. Het was Sjengske echter niet gegeven dat in zijn uppie te doen. Sterker nog; iedereen groette hem altijd vriendelijk s’morgens waardoor de verkeersstroom nog meer vertraagde en soms zèlfs tot stilstand kwam. Voor ons letterlijk een schoolvoorbeeld van een goed idee dat van achter een bureau bedacht was, maar nooit op haar praktische consequenties beproeft was in een meetopstelling. Vanaf toen heette zo’n opstopping bij een belangrijk verkeersknooppunt op het Belgische verkeerswegennetwerk, althans in de Belgische weg- en-waterbouw literatuur een ‘Gengske bie Sjengske’ …… ◄ cam3/7749 “ zonder-Water-loop “ Zoals bekend was de prof Heinz ‘scheisse’ Chaudfontaine de baas over het water. Niet over zijn eigen water want zijn blaas wilde toch wel erg vaak geleegd. Heinz heeft een keer geweldige zeik gehad (om het maar in vloeibare termen te houden) over de hoge waterrekening die het Institut du Genie Civil toegestuurd kreeg van ‘de wassermänchen aus Brussel’. Rector Lee Boe was not amused, dat kon zo niet doorgaan, was zijn stellige overtuiging. Twee maanden later kwamen er geen rekeningen meer binnen op het waterloop natuurkundig lab. We bestuderen vanaf nu enkel nog de werking van eb was Heinz’ stellige beslissing. Boe Lee kwam op zijn stelligheid terug, als Heinz maar zou zorgen ‘dat het niet te vaak vloed was’. Toen de vloed weer eens een keertje in de waterloop-bak terugkeerde moest Heinz weer toiletteren …… ‘Het water moest weer eens zijn loop hebben‘ ……. ◄ cam3/7713 “ wastafelkes “
Ja de wastafelkes. Als je goed kijkt zie je dat er hier geen waterkranen op zitten. Die hebben er ook nooit gezeten. Bij het ontwerp van de bouw van de toen nieuwe unversité had men bedacht dat het misschien handig was als de heren professeurs zich elektriek konden scheren. En daar heb je dus geen water voor nodig, dus die kranen zijn er nooit gekomen. Op de vraag ‘waarom dan wel een wasbak’ heeft geen enkele prof ons een serieus antwoord kunnen geven. Spiegels waren er overigens wel maar die zijn op last van de prof Woodman verwijderd. De dames hadden alleen maar ook voor hun make up. ‘schjmèrighe chemische troep’ dat zou wel overgaan als de spiegels verwijderd werden. Vanaf toen liepen de dames constant hun gezicht en figuur te spiegelen in de grote ramen die ruimschoots voorhanden waren op de gehele campus. Wij jongens van Chimie & Métallurgie, als ook die aan de overkant van Genie Civil, konden daar wel mee leven …. Zeker als er fel tegenlicht was …. ◄ cam3/7041 “ technisch lab “
De voorlaatste plaat uit mijn verhaal over mijn studietijd op de Université speelt zich af in het hol van de leeuw bij de Genie boys. Dit was die befaamde plek waar we niet van wisten wie hier nou precies de scepter zwaaide. Wat grappig is, ik heb het zelf geconstateerd op de laatste dag dat we hier in 2006 uit het oude gebouw van het Institut du Genie Civil trokken, dat het telefoonboek hier pontificaal openligt en wel op de door iedereen meest gebruikte pagina; die van ‘Le Chinois’. Regelmatig werd hier als we nog laat bezig waren geweest met onze metingen in één van de labs het telefoonboek geraadpleegd om iets te bestellen bij Lee, de plaatselijke chinees. En het was dan altijd een beetje dubbel feest. Op de eerste plaats vonden we het natuurlijk erg leuk dat de horecazaak Lee heette en onze rector (weliswaar met zijn voornaam) ook. Maar meer nog omdat de rekening altijd opgestuurd werd naar mademoiselle Cindy LaRouche van de financiële administratie op naam van Chacal van de PR. In technische zin hadden we het weer voor elkaar ….. ◄ cam3/6755 “ ceci n'est pas Jupliler “
De laatste plaat in de rondgang door de université is uiteraard weer van de grote hal bij de Faculté Chimie & Métallurgie. We zijn hier zo’n beetje ook binnengekomen toen we als eerste jaars op kot moesten en de eerste dag ons in deze immense ontvangsthal moesten zien te begeven naar ons eerste college. Nu bij de laatste stap in het verlaten van de faculteit nog even een blik op de poster aan de muur. Alle officiële formulieren waren door prof Guillemins reeds verwijderd en het nieuwe elektronische bord brandde al wat uurtjes op de nieuwe locatie. De poster van ‘juupke’ bleef echter hangen als onbewust statement over de verwevenheid van de chemische faculteit met het trotse Belgische bier. Proost, het waren fijne jaren hier geweest …… ingénieur chimique Robèrt. ◄ cam3/7086 |